Al enkele jaren vragen we ons af of Borokov Borokov nu een grap is of niet. Het probleem is echter, hoe meer we ons dat collectief afvragen, des te dieper we sukkelen in die onzekerheid en des te meer het Antwerpse synthtrio een draagvlak voor hun grappen krijgt. Nu ja, een probleem is dat natuurlijk niet. Het Nederlandstalig landschap loopt namelijk wel warm voor een potje al dan niet ironisch absurdisme. Maar toch bieden deze losbollen meer dan enkel grappen en grollen. Hun muziek is echt heel erg goed, de teksten zijn vaak vlijmscherp en hun aanpak is op zijn minst gezegd fascinerend. Zo zijn ze in enkele jaren tijd het klankbord geworden voor wat borrelt in het nationale muzieklandschap en ze zijn niet bang om dat met een dikke knipoog te doen.
Zo’n twee jaar geleden kwam Borokov Borokov met Enkel Duetten naar buiten, een album dat bestond uit – verrassing! – enkel duetten. Hiervoor visten ze in de onuitputtelijke vijver der Belgische musici. Resultaat? Een verzameling nationale hits. Denk maar aan “De Doordeweekse Man”, waarop Bazart-frontman en croquemonsieurguru Mathieu Terryn de banaliteit van persoonlijkheden aankaart, terwijl op “Dat Wat U Zoekt” Fenne Kuppens eveneens aan zelfrelativering doet. Naast deze hits dook het album ook allerlei obscure hoeken uit, met stijlveranderingen met elk nummer.
De Verkeerde Fout is een vervolg op dit voorgaande. Opnieuw staan samenwerkingen centraal en laten ze de diverse features de nummers inkleuren. De Antwerpenaren lieten ons weten dat dit het album is zoals ze het vorige eigenlijk gewild hadden. Is het dan ook hun meesterlijke aprilvis? Doorheen negen vieringen van electronica uit de oude doos ondernemen Noah Melis, Arne Omloop en Boris Van den Eynden een verfijndere zoektocht naar hun eigenheid, te beginnen met wie ze uitnodigen. Voor de gastbijdrages schuwen ze noch afstand, noch taal. Zo is er Engels, Hollands en zelfs Japans te horen. Dit zorgt niet voor een onsamenhangend geheel. Integendeel, iedereen voegt zijn allerbeste best toe aan De Verkeerde Fout.
Naast een grote speelsheid hangt er ook spanning. Opener “Op Hotel”, het enige zonder gastbijdrage, bewijst dat meteen. Het is meer Overlook dan Grand Budapest, het heeft iets bijna STUFF.-achtig in zijn dreigende atmosfeer. Maar deze sfeer slaagt snel over in het luchtigere “ぜんぶ、できる“, een samenwerking met de Japanse Kanna Sato. Maar ook daarin heerst een constante spanning die elk moment kan ontploffen. Nadien volgt dan weer “Moeilijke Tijden“, onze persoonlijke favoriet meteen met Nederlander Huub Prins die iets wauwelt over ‘Mozes in de woestijn’.
“Sexboy” is Engelstalig. Althans dat denken we. Misschien Frans? De niet heel erg verstaanbare stem brengt ons terug naar de jaren tachtig. Een gelijkaardig effect komt terug op het hyperkinetische “+32456393836”, wat blijkbaar niet het telefoonnummer van Isolde Van den Bulcke (Tristan) is. Ook op “GELD” zijn Telexstemmetjes te horen, dit keer door Miaux. Op afsluiter “Grappige Man” grijpen bontridders en Dennis Tyfus terug naar de zelfrelativering van hun vorige. We horen Tyfus het gehele nummer dramatisch huilen onder de woorden ‘laat het allemaal maar gaan’.
Dit vervolg op Enkel Duetten is bijzonder. Het is een vervolg, maar ook een soort verfijning. Het is tegelijkertijd catchier en net een pak minder grijpbaar. De popnummers worden abstracter, de obscuriteit helderder. Voor de gasten werd dieper gevist in de eindeloze put der boeiende al dan niet muzikale medemensen. We durven te zeggen dat dit het beste is dat we van de Antwerpenaren al hoorden. De Verkeerde Fout is het perfecte popalbum voor wie liever één oog dicht houdt en vervolgens zijn middelvinger in de lucht werpt.